Nu het weer iets makkelijker is om de Lage Landen te doorkruisen, heb ik me voorgenomen bij een volgende tocht naar het zuiden halt te houden bij de abdij van Westmalle. Ik was er nog niet vaak en associeer het aloude hertogdom Brabant meer met de abdijen van de Witheren dan met die van de cisterciënzers van de strikte observantie – in het volle besef dat de meeste mensen daar precies het omgekeerde over denken. Nu is er echter een bijzondere reden: als het nog kan, zou ik graag een groet gaan brengen aan het graf van koning Willems opperaalmoezenier, de Mechelaar Jan-Antoon Buydens.

De notariszoon Buydens werd geboren op 28 oktober 1760 en studeerde in het vermaarde college van de paters Oratoren van zijn geboortestad. In Leuven bestudeerde hij de wijsbegeerte en de godgeleerdheid en in 1786 werd hij priester gewijd. Tijdens zijn Leuvense periode behoorde hij tot de omgeving van Jan Frans van de Velde, de Beverse eximius die een van de meest scherpzinnige observatoren van zijn tijd was. Na een kort verblijf bij de ongeschoeide karmelieten in Charenton, trad Buydens toe tot de seculiere clerus van het bisdom Brugge, waar bisschop Brenart hem te hulp riep om zijn programma van katholieke verlichting in anti-jozefistische geest gestalte te geven. Buydens ging doceren aan het Brugse Grootseminarie en werd in 1791 kanunnik in het kapittel van de bisschopsstad.

Het Mechelse Oratorencollege

Niet onverwacht weigerde Buydens alle door de Franse republiek geëiste eden af te leggen, zodat enkel zijn onderduiken hem behoedde voor de deportatie naar Cayenne. Bij het herstel van de eredienst werd Buydens eerst pastoor van Onze-Lieve-Vrouw in Brugge en later deken van Gistel, dat voortaan tot het bisdom Gent behoorde.

Ook de Gentse bisschop de Broglie erkende Buydens’ kwaliteiten en stelde hem aan als vicaris-generaal tijdens zijn afwezigheid. Daar eindigde echter de verstandhouding tussen beide mannen – wat Buydens enkel kan sieren (zelfs de Broglies vader moest erkennen dat zijn zoon beter was in het intrigeren dan in het aanhouden van heldere principes). Buydens weigerde zijn bisschop te volgen in zijn nationaal-politiek geïnspireerd verzet tegen het Koninkrijk der Nederlanden en meende, net als de latere Mechelse aartsbisschop de Méan, dat de eed op de Grondwet van 1815 voor katholieken geen gewetensprobleem hoefde te veroorzaken. Rome zou hem gelijk geven, de Broglie vergaf het hem nooit.

Van zijn kant ging Buydens de weg die hij had gekozen consequent verder en aanvaardde hij een benoeming als hoofdaalmoezenier van het leger van Zijne Majesteit. De opdracht was eervol, maar niet eenvoudig. Het militaire wereldje stond niet bekend als erg devoot en Buydens diende met beperkte middelen een haast onmogelijke opdracht te vervullen. Gelukkig genoeg kon hij rekenen op de steun van een paar gelovige officieren en op de bijkomende aalmoezeniers die waren meegekomen met de Zwitserse regimenten.

De Nederlandse kazernes van Dendermonde

Buydens loyaliteit aan de Koning was oprecht, maar niet grenzeloos en als er een echt loyaliteitsconflict optrad tussen Koning en Paus, was de keuze snel gemaakt. In  1826 meenden een paar ambtenaren van het departement van eredienst dat een pauselijke bulle enkel kon worden bekendgemaakt na statelijk placet. Het placet werd verleend, maar de bisschoppen meenden unisono dat daartoe geen reden was en weigerden de bulle bekend te maken. Ook Buydens hield het been stijf, hoewel hij minder onafhankelijk stond tegenover de regering dan de bisschoppen. Zijn ontslag als hoofdaalmoezenier was dan ook het logische gevolg.

Wie had gehoopt in hem een luidruchtig bondgenoot de vinden voor het opkomende monsterverbond van de oppositie, was eraan voor de moeite. Buydens trok zich terug op de Katsberg, de schepping van Nicolaas Ruyssen (zie Geheime Nederlanden van 22 mei 2020). Na enige tijd noopte zijn gezondheid hem terug te keren naar zijn geboortestad, waar hij een leven van gebed leidde, slechts onderbroken door bezoeken aan bevriende religieuze huizen, zoals die van de paters redemptoristen, jezuïeten of trappisten. Tijdens een van die bezoeken aan het Gentse jezuïetenhuis overleed hij op de symbolische datum van 21 januari 1838.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s